Voor Sean Connery is deze aangrijpende film ook de "pittigste" die hij ooit heeft gemaakt
In dit artikel:
Sean Connery noemde The Name of the Rose — de verfilming van Umberto Eco’s roman uit 1986, geregisseerd door Jean-Jacques Annaud — de zwaarste film uit zijn carrière. In een gesprek met criticus Roger Ebert benadrukte hij hoe zwaar de omstandigheden tijdens de opnames waren: gefilmd in een Duits klooster en op nagebouwde sets in Italië, met zulke lage temperaturen dat de adem van acteurs zichtbaar was, en storend achtergrondgeluid waardoor vrijwel alle dialogen later opnieuw moesten worden ingesproken. Het nagesynchroniseren kostte naar verluidt tien extra draaidagen en leverde veel frustratie op.
Connery speelde de Franciscaner monnik William of Baskerville, met onder anderen Christian Slater en F. Murray Abraham in de cast. Ondanks de moeilijkheden bleef hij gemotiveerd vanwege zijn grote waardering voor Eco’s boek. De productie gaf hem ook inzicht in bepaalde Europese filmpraktijken — regisseurs die afspraken om dialogen achteraf te monteren, zoals hij bij Italiaanse makers zag.
Artistiek bleek de inspanning de moeite waard: de film bracht wereldwijd meer dan 70 miljoen dollar op en bezorgde Connery een BAFTA als Beste Acteur, waarmee het project zijn toewijding en vakmanschap onderstreepte.