Het concept van deze film is werkelijk te krankzinnig voor woorden
In dit artikel:
In Quentin Dupieuxs absurdistische horror-komedie Rubber (2010) wordt een autoband met de naam Robert het centrale, moorddadige personage: hij komt tot leven in een stuk Californische woestijn en blijkt de vreemde gave te hebben om mensen en voorwerpen te laten ontploffen terwijl hij doelloos rolt. Dupieux gebruikt dit bizarre uitgangspunt als vehikel voor meta-commentaar: de film onderzoekt het idee dat gebeurtenissen op het witte doek vaak “zonder reden” plaatsvinden, en plaatst een groep toeschouwers midden in de woestijn die de daden van Robert volgen — een laag die het verhaal zelfbewust en ironisch maakt.
Productietechnisch werden de bewegingen van de band vooral met praktische effecten gerealiseerd, bijvoorbeeld via afstandsbediening, en tijdens het draaien wijzigde Dupieux het karakter van Robert van een kwaadaardige kracht naar iets dat meer op een domme, trouwe hond lijkt. Animaties als WALL‑E dienden deels als inspiratie voor die aanpassing. De film opent met luitenant Chad (gespeeld door Stephen Spinella) die een toespraak houdt over zinloze filmmomenten; Dupieux wilde geen uitleg geven over waarom een band tot leven zou komen en introduceerde de meta-toeschouwers mede omdat hij uitgekeken raakte op enkel een moordverhaal.
Rubber viel in de smaak bij critici en heeft op Rotten Tomatoes een score rond de 67%, waarbij recensies wisselden tussen bewondering voor het slimme concept en kritiek op sommige vertelkeuzes. In Nederland is de film momenteel niet op streamingdiensten beschikbaar, maar wel te koop op dvd. Dankzij zijn onconventionele premise en zelfbewuste toon heeft Rubber zich ontwikkeld tot een cultfilm binnen het horrorgenre.